Normaal lees ik liever fictie dan non-fictie. Dit boek is echter een van die zeldzame gevallen waar non-fictie leest als fictie. Begrijp me niet verkeerd, ik heb geen enkele reden te twijfelen aan de feiten in de boek. Het gaat over de manier waarop de feiten gepresenteerd zijn. Ze zijn opgelijst en chronologisch geordend. De feiten zijn echter niet droog of emotieloos. Jung Chang vertelt met veel gevoel het verhaal van haar familie tijdens een zeer woelige periode in China. Haar verhaal grijpt je meer dan eens naar de keel, wekt verwondering op, boosheid en een 'zou ik ook zo gereageerd hebben?'- gevoel.
Ze begint met het levensverhaal van haar grootmoeder in het 'Oude China', het China van de hofintriges en de adel. Haar grootmoeder wordt door haar vader verhandeld als concubine van een machtig man. Aanvankelijk gaat het haar relatief goed, ze woont in een groot huis en krijgt een dochter. Haar man komt zeer zelden langs maar toch is ze nooit op haar gemak. De bedienden moeten steeds beloond worden of ze zullen verhalen gaan verzinnen over ontrouw. Dan komt het telegram : haar man is stervende en wil zijn dochter zien. Dit houdt in dat ze naar het huis moet waar zijn vrouw regeert en zich moet onderwerpen aan haar wil. Deze vrouw wil na de dood van haar man het kind houden. Met de hulp van een andere concubine kan ze echter vluchten.
Later hertrouwt ze met een vriendelijke man die haar en haar dochter opneemt in zijn eigen familie. De familie is echter allesbehalve akkoord en uiteindelijk gaat het echtpaar in een soort vrijwillige ballingschap. Dit vind plaats gedurende de tijd van de Japanse bezetting. De repressie van de Chinezen wordt verteld maar ook de gruwelijke wraak op Japanners eens hun macht gebroken is.
Dan komen de communisten op, het Rode Leger. De moeder van Jung Chang, inmiddels een tiener sluit zich bij hen aan. Ze gelooft in de partij en de verandering die dit zal teweegbrengen bij de gewone man. Ze ontmoet er ook Jung Chang's vader en trouwt met hem. Het leven bij de partij is echter allesbehalve gemakkelijk. De macht wisselt snel en al na een tijdje blijkt dat de corruptie die de communisten zo graag wouden uitbannen hen zelf parten speelt. Mao komt aan de macht en in de jaren '60 vind de 'Grote Sprong Voorwaarts' plaats. Miljoenen Chinezen verhongeren.
Jung Chang zelf gelooft rotsvast in de partij zoals alle Chinese kinderen in die tijd. Ze wordt als tiener naar het platteland gestuurd om te werken op de velden. Hoewel de levensstijl haar totaal niet aanspreekt stelt ze zich nooit vragen. Gradueel echter komen de vragen toch en ten tijde van Mao's dood let ze heel erg op om verdrietig te lijken. Niemand mag weten dat ze in feite opgelucht is. Ze wordt uiteindelijk geselecteerd om in het Westen te gaan studeren. Ze blijft er.
Het boek geeft een ontluisterend beeld van politiek China maar slaagt er tegelijk ook in om de lezer warm te maken voor de Chinese cultuur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten